Ik hoor het meer dan eens: een vrouw die zich vertwijfeld afvraagt of haar man een narcist of toch een autist is. Natuurlijk is het mogelijk dat haar partner een van beide is, maar meestal bedoelt de vrouw dat haar man weinig empathisch is, zich niet kwetsbaar kan opstellen en niet afgestemd kan zijn op haar. Op den duur maakt het haar ten einde raad omdat er ‘niet met hem te leven valt’ en zoekt ze naar een oplossing in de vorm van relatietherapie.
Kijken naar hechting
Mijn ervaring is dat het gedrag van de man altijd een logische verklaring heeft. Kijk naar de manier waarop wij als mens contact leren maken met onszelf en anderen; dit leren we in onze opvoeding en betekenisvolle vroegere relaties. Als we onder druk komen te staan, komt ons systeem in een overlevingsreflex en in dit geval is dat die van bevriezing. Dus afgesplitst leven van je gevoel zit dan dieper dan wat je zou willen.
Maar het goede nieuws is dat wij als mens nieuwe mogelijkheden kunnen leren. Als beide partners willen groeien, kan de relatie ook groeien. Vaak als een vrouw tot de uitspraak ‘misschien is hij wel een narcist of autist’ komt, is de onderlinge invloed die de partners op elkaar hebben niet goed in beeld. Ik heb menigmaal meegemaakt dat vanuit die emotionele reflex die de partners op elkaar kregen, de man sterker in de bevriezing kwam. Je kunt met elkaar onderzoeken hoe juist de ontdooiing tot stand kan komen.
Ik bekijk dus het gedrag van zowel man als vrouw: het gaat om de dynamiek tussen hen, de ‘dans’. Hij lijkt emotioneel bevroren en de belangrijkste vraag is: waarom?
Als je de relatie vanuit ‘de dans’ tussen het koppel bekijkt, helpt het om door de bril van ‘hechting’ te kijken Er zijn vier hechtingsstijlen:
Hechtingsstijl 1: veilig
Je bent in je jonge jaren veilig gehecht. Je kunt omgaan met kritiek en toegeven als je iets niet helemaal goed hebt gedaan. Je bent zelfstandig maar kunt je ook afhankelijk opstellen. Je kunt vrij eenvoudig relaties aangaan.
Hechtingsstijl 2: aanklampend
Ben je onveilig gehecht, dan kan dit zich uiten in een aanklampende hechtingsstijl. De basis hiervan is angst dat de ander je verlaat. Jouw reactie hierop is dat je je aan de ander vastklampt. Soms gebeurt dit door middel van het geven van kritiek op de ander. Je bent ook gevoelig voor afwijzing, wat dan ook vaak resulteert in een grote mate van zelfkritiek.
Hechtingsstijl 3: vermijdend
Het basisgevoel van de vermijdende hechtingsstijl is ‘ik ben niet goed genoeg’. Je trekt je terug omdat je het gevoel hebt afgewezen te zijn. Soms is dit emotioneel vluchtgedrag, soms vertrek je fysiek. Je vermijdt het om iets te voelen: je bevriest. Dat gebeurt zo automatisch dat je het niet doorhebt. Hoe emotioneler je partner wordt, des te rationeler jij wordt.
Voor je partner, die met jou het gesprek wil aangaan en bij je blijft ‘aankloppen’, kan dit frustrerend zijn. Lees voor meer informatie hierover het artikel over de chimpansee en de schildpad.
Hechtingsstijl 4: gedesorganiseerd
Het basisthema van deze hechtingsstijl is: Wat is mijn plek? Hoor ik erbij?
Je hebt geen vertrouwen in anderen of in jezelf en eigenlijk ben je op sociaal gebied zoekende. Relaties zijn prettig maar je hebt ook moeite om ze aan te gaan. Je zoekt toenadering, maar vermijdt ook. Je laat dus conflicterend gedrag zien. Je bent dan weer vermijdend (uitschakelen van gevoel, heel pleasend, of vermijdt contact), dan weer aanklampend (kritisch op de ander, dan weer negatief naar jezelf). (bron: Nathanson (1992) Compass of Shame Model)
‘Ik hoor er niet bij’
Neem nou Marieke en Frans. Zij denkt dat hij een narcist is. Als ze is uitgepraat, luister ik naar het verhaal van Frans. Het valt me op dat hij emotioneel bevroren is, vaak zijn liefde laat zien door voor haar dingen te doen, soms boos uithaalt naar zijn vrouw en dan weer vlucht in zijn werk. Op andere momenten zegt hij: ‘Ik kan het nooit goed genoeg doen’. Dat is chaos voor de vrouw: zij heeft geen idee wat ze aan hem heeft.
Als ik als therapeut chaos voel bij iemand, dan denk ik aan de gedesorganiseerde hechtingsstijl. Als ik aan Frans vraag: ‘Heb je het gevoel dat je er nog bij hoort?’, is zijn antwoord : ‘Nee’.
Als ik vervolgens aan Marieke vraag of zij er nog wel voor hem is, dan bekent ze: ‘Nee, ik ben emotioneel allang vertrokken. Ik blijf bij hem vanwege de kinderen’.
Het gevoel van de Frans (‘ik hoor er niet bij’) is dan ineens logisch. Hij weet niet meer wat zijn plek is en het gedrag dat hij vertoont, lijkt wel degelijk op narcisme. Maar in feite gaat het om het samenspel, om de dynamiek tussen de partners. Vanuit dat perspectief kun je dan samen gaan kijken naar wat er wellicht gerepareerd moet worden dat in eerste instantie tot de dans heeft geleid.
Ik heb diverse koppels gezien waarbij er meer rek in de relatie mogelijk werd toen over die pijnpunten écht gesproken werd. Ik heb menig man meegemaakt die ineens uit de bevriezing brak.
Ernstige ziektes
Het gebeurt regelmatig dan koppels bij me komen nadat ze iets ernstig hebben meegemaakt. Zo denk ik nu aan een aantal koppels waarbij een ernstige ziekte een rol speelde. Ziekte kan maken dat je in een gedesorganiseerde hechtingsstijl terechtkomt. Alles wordt tenslotte chaos in je leven.
Soms kunnen ruzie dan tot fysieke escalaties leiden. En over en weer vliegen er labels als autisme, borderline en narcisme. Vaak als machteloze pogingen om het gedrag begrijpelijk te maken. Maar als je gaat kijken vanuit de bril van de hechtingsvraag ‘Hoor ik er nog bij? Ben ik nog goed/mooi/aantrekkelijk genoeg?’ dan blijkt dat ziekte vaak het gevoel van eigenwaarde zo aantast dat dit leidt tot de vier uittingsvormen van de gedesorganiseerde stijl: bevriezing van gevoel (verdoofd), fel reageren op ander, de zelfhaat, of vluchten uit de relatie (door te zeggen dat je wilt scheiden).
Jezelf leren begrijpen is een hele klus, juist ook als de ziekte lijdt tot een aantasting van je uiterlijk of mogelijkheden. Je kunt niet zomaar meer geloven dat de ander nog echt van je kan houden. Want je doet het zelf niet eens meer.
Het bieden van ondertiteling van de impact van het ziek-zijn op de stijl van hechten, kan de start zijn van verzachting en het rouwproces. Opluchting ook over hoe logisch relatieconflicten ineens worden. En dat er weer mogelijkheden zijn om je met elkaar te verbinden in het pijnlijke en imperfecte, in plaats van het perfecte plaatje.
Hoe je elkaar weer kunt vinden
Wat hierboven staat, laat de kracht van het begrijpen zien. Hoe praktisch het ook is om je man te kunnen labelen met ‘narcisme’; vaak is het onterecht. Jij hebt invloed op het gedrag van je partner. Om elkaar weer te vinden en om het proces van heling te starten, moet de onderliggende dynamiek aangepakt worden. Soms betekent dit dat oud zeer verwerkt moet worden, omdat hechting te maken heeft met de kindertijd. En uiteraard valt niet te ontkennen dat narcisme/autisme soms ook echt niet te doorbreken valt.
Maar mijn vraag aan jou is dan: Wat verandert er tussen jullie als je gaat kijken door de hechtingsbril? Je kunt niet alles alleen maar via de relatie oplossen, net zo min als je alles alleen maar via individuele trajecten kunt oplossen. En soms is het ook niet goed oplosbaar. Mijn taak is in ieder geval om te werken met wat wél mogelijk is.
Ik kan jullie hierbij helpen, bijvoorbeeld door middel van relatietherapie. En als het nodig is, kunnen jullie ook deels individuele trainingen volgen. Het liefst natuurlijk in eerste instantie samen omdat anders de dynamiek ook door het samenspel zo aanwezig blijft. Zo pak je persoonlijke kwesties aan om jullie relatie te vernieuwen.